Op 22 oktober 2023 werd ik opnieuw gevraagd voor een bijscholing aan trainers bij Danssport Vlaanderen over het onderwerp “dans voor blinden en slechtzienden”. Ik kon de training zelf niet geven. Toch vond ik het heel belangrijk om ze te laten doorgaan. Het feit dat ik zelf niet kon aanwezig zijn was voor mij geen issue, integendeel, ik zag het als de mogelijkheid tot het bereiken van één van onze doelstellingen. Wat indien Manuel Delaere, mijn assistent trainer in opleiding nu eens in mijn plaats ging? Wat als we effectief tonen dat “dans voor blinden en slechtzienden” kan gedragen worden door blinden en slechtzienden zelf? Want wie beter dan een blinde danser kan ons informatie verschaffen over “dans met een visuele handicap”?
In het verleden (zie vorige artikels) splitsten we de informatieoverdracht op in de twee belangrijke tools.
1. Horen
2. Tasten
Deze twee belangrijkste tools voor mensen met een visuele handicap vormen daarom het onderdeel van onze zoektocht naar het creëren van een eerste en echte toegankelijkheid in dans voor blinden en slechtzienden. Ik spreek van eerste, omdat het onderwerp “dans voor blinden en slechtzienden” letterlijk nog in de babyschoenen staat.
De opzet van deze arbeid is dus tweeledig. De dans openen door het geven van een tweeledige informatie: met name auditieve informatie en haptische informatie. Vorig jaar publiceerde ik een artikel “tips voor lesgevers en trainers”. In het artikel beschrijf ik een to do lijst van wat een trainer allemaal moet doen om mee rekening te houden voor zijn of haar danslessen. Een jaar later komen daar nieuwe elementen bij. Voor het gemak verwijs ik of naar het verleden (tussen haakjes tips voor lesgevers en trainers) of naar het heden met de term NIEUW.
1. Verbale informatie
1. Aandacht voor de geluidsomgeving
Zie artikel: tips voor lesgevers en trainers
Aanvullend op dat artikel enkele nieuwe punten:
a. NIEUW: Wegwerken van overbodige achtergrondmuziek.
b. Mede deelnemers op de hoogte brengen werd al beschreven maar nu ook: op bepaalde momenten stilte vragen (zie artikel tips voor lesgevers en trainers)
c. Feedback waar je exact staat (zie artikel tips voor lesgevers en trainers)
d. NIEUW: Contrast tussen de muziek en uitleg groot genoeg houden maw werken met geluidsvolume.
e. NIEUW: Micro en box van de lesgever op voorhand bespreken (box en lesgever in dezelfde lijn staan – bv. Box achter de lesgever)
2. Uitleg van de trainer zelf
a. Duidelijke taal (kort en krachtig) (zie artikel tips voor lesgevers en trainers)
b. Feedback waar je exact staat (zie artikel tips voor lesgevers en trainers)
c. NIEUW: Referentiepunt in de ruimte : waar sta ik: mat, bar, muur….
d. NIEUW: Eerst de grote lijn van de figuur uitleggen en dan pas in detail gaan
e. NIEUW: Een referentiekader binnen het lessenpakket: opstellen met referentiepunten zodat de blinde dit kan gebruiken als een soort kapstok of als bouwblokken
f. NIEUW: Danstechnisch: analogie met elementen uit het leven gegrepen bv. Je zet je voet zoals je stapt, of naar analogie met vorige figuren of figuren die ze al gezien hebben.
g. NIEUW: Gefraseerd (niet te veel in een keer),
h. NIEUW/ Nadruk op cruciale tussenstappen: positie van de handen, oriëntatie: beginpositie, tussentijdse orientatie, eindpositie (bv. uitleg over de evolutie van de oriëntatie ten opzichte van de beginpositie)
i. NIEUW Snel-tijd coördinatie en muzikaliteit
j. …
a. Haptisch (tast) e informatie
1. Ruimte – referentiepunten (zie artikel tips voor lesgevers en trainers)
a. De ruimte zelf – muur, vloer (zie artikel trainersdag danssport vlaanderen 2021)
b. Materiaal: bar, stok, touwen (zie alle vorige artikels)
c. Belang van de stok wordt in een later stadium toegelicht.
2. Danspartner – referentiepunten (wij doen aan koppeldansen, en als blinde is dat eigenlijk wel confortabel)
a. danspartner in de ruimte
b. danspartner in de figuur / oefening
3. De trainer of danspartner met ervaring begeleid een onderdeel van het lichaam (arm, been, romp, hoofd) in de gewenste houding
4. …
Zowel naar de verbale als haptische informatieoverdracht dient er meer onderzoek te worden uitgevoerd. In dit schrijven hebben we het echter over een onderdeeltje ervan, namelijk de dancetools zelf.
Onze dancetools zijn een verzameling van tastvoorwerpen om het dansen en het sporten voor mensen met een visuele handicap makkelijker interpreteerbaar te maken (tastzintuigelijk). Elke dancetool heeft zijn eigen functie. De tastvoorwerpen worden opgedeeld in functies voor het volledige lichaam: voor de benen, de armen, de romp en het hoofd. Daarnaast wordt het ook gebruikt in functie tot de ruimtelijke opstelling van de blinde danser of sporter t.o.v een ander persoon of voorwerp (vloer, muur, tafel, trap....). De tastvoorwerpen zijn gebaseerd op de uitvoering van het voelen en tasten en vormen de basiscomponent van het gebruik ervan. Het management van deze tools ligt heden ten dage, bij Michèle Martens, de oprichtster van danceorientation.eu en wordt hierin beschreven als handleiding voor gebruik van de tools. Dancetools is een ontwerp van Michèle Martens, waarbij danskennis wordt omgebuigd tot tastbaar materiaal voor blinden en slechtzienden. Ze krijgt daarbij in eerste instantie de hulp van Manuel Delaere die denkt in functie van de blinde. Dancetools is dus gemaakt voor en door blinden en slechtzienden. De dancetools kunnen om het even waar gebruikt worden in een inclusieve of exclusieve oefening en op om het even welk terrein. De dancetools hebben allemaal 1 ding gemeen: ze zijn gebaseerd op tast en voelen. De bedoeling is dat blinden en slechtzienden met deze tools aan de slag gaan zodat ze de bewegingen kunnen reproduceren.
Naast de tastvoorwerpen speelt zoals zo vaak beschreven de auditieve input een belangrijke rol. Deze rol wordt ingevuld door de ziende of niet-ziende trainer. We spreken hier in dit geval niet over de verbale informatieoverdracht (zie hierboven) maar over het auditieve als onderdeel van de tool zelf. Het verbale wordt zo een danstool op zich. Maar daarvoor dient men een nieuw hoofdstuk aan te wenden.
De tastvoorwerpen kunnen gebruikt worden door iedereen en er is geen classificatie inzake gebruik bij de graad van blindheid. Voor elke danser en in ruimere zin voorzien we een handig tasje met alle voorwerpen in. Ik denk dan ook bv. aan 2 playmobieltjes waarbij de positie tov elkaar kan worden vastgelegd.
Alle tools zijn welkom en handig. Dancetools zijn letterlijk een onderdeel van dans want net zoals in elke dansvorm kennen ze geen unanieme classificatie. Alles wat nuttig is helpt. Echter is het onze taak om op basis van onderzoek te zoeken naar vaste universele modellen. Onderzoek is essentieel en hoort tot zoeken en beschrijven binnen een vooropgestelde kwaliteitsnorm. Denk maar bv. aan de uitgeschreven normen voor klassiek ballet, modern, jazz, de koppeldansen in competitie en verder voor sport: de danssport in het algemeen. De basis en kennis wordt bepaald door vaste know-how.
Virtualisatie
Onlangs liep er een tentoonstelling georganiseerd door de Braileliga en de Franse vereniging Valentin Haüy waarbij 12 beroemde kunstwerken werden omgezet in een 3D versie zodat men kan voelen en tasten. Meerdere organisaties en ondernemingen zetten in op tastvoorwerpen als interactieve bewegwijzering voor routes, gebouwen, openbare plaatsen… Tast als onderdeel van informatieoverdracht hoort dan ook in de toekomst van dans.
Een magnetenbord voor dans doopten we magnetic steps (Manuel kwam op het idee van deze naam):
Magnetic Steps: een magnetisch stappenbord
Wat? Een magneetbord met gegraveerde voetjes. Gebruik van twee kleuren : walnoot en esdoorn om het verschil tussen leiders en volgers aan te geven. Voor de blinden voelt het verschil met of zonder inkerving. Het magneetbord is een vierkant van 20 cm op 20 cm gemaakt uit licht materiaal dat makkelijk in de hand ligt. Het magneetbord is gemaakt in ecologisch materiaal (hout). Na contact met meerdere blinden, bv. ook voorgelegd aan de visuele gehandicapten van de klankbordgroep voor toegankelijkheid van de stad Gent, kwam ik tot het besluit dat de inkervingen dieper zullen moeten worden gemaakt.
1. Het bord is de abstracte ruimte:
Het bord is de verkleinde ruimte binnen een abstract gegeven. We spreken van een abstracte ruimte gecreëerd door de gidslijnen en de positie van de voeten binnen het bord.
De bovenkant heeft een ringetje in de linker hoek.
De bovenste lijn is de spiegel.
De uiteinden van het bord is het kader waarin wordt gesport en zijn de gidslijnen.
De abstracte orientatie verloopt verticaal van beneden naar boven, van links naar rechts, diagonaal naar boven links en rechts.
Daarnaast kunnen we ruimtelijke oriëntatie bepalen door begrippen als voor, achter, naast, op, onder, naar, door, dichtbij, veraf, schuin, diagonaal, links en rechts.
Het is belangrijk dat de blinde zich een idee vormt van waar hij of zij zich in de ruimte bevindt.
Bolletjes en vierkantjes; andere, voor voetenhouding – tenen / hiel / volledige zool ... uit te werken.
Handig: het bord kan ook gebruikt worden om opstakels aan te geven en de volledige ruimte definiëren.
2. Het bord wordt een werktool voor de reproductie van de beweging en kan sporttak overschrijdend worden ingezet.
Toepassing van het bord:
0. In dans
1. In aerobics
2. In gymnastiek
3. Wandelen en lopen
4. Andere: orientatieloop, spelvormen, ...
5. Varia: algemene locomotoriek (wandelen maar ook springen, hinkelen...) en orientatie (gelijk voetenwerk, balansoefeningen, steunoefeningen, orientatie en ruimtebepaling – bv. afstand tov iets)
Doelstelling:
1. Aan de hand van het bord de beweging ontdekken (perceptie), kopiëren (memoriseren), verwoorden (beheersen en verbaal reproduceren)
2. Waarnemen en verbinden – elk voetje vertegenwoordigd een pas – aan de hand van de verschillende passen creëer je een verbinding en kan de figuur of motie ontstaan.
3. Knelpunt: balancé – evenwichtsverplaatsingen (uitzoeken)
Voorbeelden:
1. Opstelling van voetengymnastiek – voetenmusculair sterker maken met objecten: driehoekjes, cirkeltjes, vierkantjes via het bord uitleggen (uiteraard ook gebruik van andere elementen zoals stokjes en ringen bij bv. doorgeven, touwtrekken)
2. Gymnastieke tapijtoefeningen – passen uitzetten objecten: voetjes
3. Stimuleren lichaamsbesef van de onderste ledematen : Rechte lijnen / voetenwerk uitzetten – lopen ze loodrecht – richting of oriëntatie
4. Aerobics : steptouch